
In het vliegtuig:
Het was een dubbeldekker.
Je kon boven en beneden zitten.
Het was een groot vliegtuig.
Ik kon de sterren zien.
![]() |
Wij zitten boven en op ons televisie konden we de staart zien. |
Aan gekomen in Thailand:
We reizen met de trein naar onze bestemming.
We moeten 6 uur met de trein reizen soms luisteren we naar muziek en genieten we van het mooie uitzicht.
![]() |
Mijn eerste nieuwe vriend een vriend voor 1 dag.![]() ![]() |

Welk dier zit er op dit oud gebouw?
groetjes van Flipsko,Kiko en Anupa & Pieter